Louis Johan Christoph van Leeuwen werd op 22 februari 1918 geboren in Bussum als zoon van Willem Johannes van Leeuwen (Monteur, Rotterdam 5 maart 1894 – Haarlem, 17 februari 1963) en Hermina Pooters (Bussum, 21 juli 1895 – 29 maart 1954). Louis had 1 zus, Hendrika Johanna, geboren in Haarlem op 18 mei 1927. Zij vertrok op 2 oktober 1946 samen met Clarence Poupard naar Windsor in Canada. Louis van Leeuwen was voor de mobilisatie monteur bij de Haarlemse fabrikant van rijtuigen en spoorwegwagens J.J. Beijnes.
Na de mobilisatie maakte hij als sergeant deel uit van de 4e sectie van het 10e Regiment Infanterie. Dit regiment was gelegerd bij de Grebbeberg. Op de 14e Mei was hij stukscommandant aan de Cuneraweg in Rhenen. ’s Ochtends om half 6 werd hun positie aangevallen door een SS-bataljon. Nadat het stuk links van zijn positie werd vernietigd en ook zijn eigen stuk problemen had gaf hij opdracht terug te trekken, waarbij de mitrailleur werd meegenomen. Door de vertraging die dit opleverde werd hij, tegelijk met korporaal J. van Honschooten, dodelijk getroffen door vijandelijk vuur. Dienstplichtig soldaat A. van Gent raakte ook gewond tijdens deze aanval en overleed op 19 mei aan zijn verwondingen.
Zijn laatste rustplaats is op het Ereveld op de Grebbeberg, vak 7 rij 7 nummer 1.
Zijn collega’s bij J.J. Beijnes maakten in zijn nagedachtenis en die van zijn eveneens in de Meidagen van ’40 gesneuvelde collega Jan Hendrik Lever een herinneringsbank. Deze staat tegenwoordig in de bibliotheek van het Spoorwegmuseum in Utrecht.